Proefrit
Zaterdagmorgen, wisselvallig weertje. We maken een proefritje in een elektrische auto. Gewoon, eens kijken hoe dat is, en of het de moeite loont om onze auto in te ruilen. Ik zoek de automatische ruitenwisserstand en kan hem niet vinden. Dan maar op interval. Ik rij weg. Manlief gidst me naar de A12. In de verte lijkt het wat lichter.

Gassen
‘Doe eens stout?’, vraagt manlief na een kilometer of wat. Dat laat ik me geen twee keer zeggen. Ik spiegel, haal in, en heb al gezien dat er daarnaast nog twee vrije stroken gloren. Het inhalen gaat soepel, en ik trap het pedaal wat dieper in. Wooooooh! Dat gaat lekker! Voor ik het weet, zit ik op 160. Ik slaak een kreetje van vreugde en zeg opgetogen: ‘En dit is dan nog maar de eco-stand! Ik kan niet wachten om te zien wat hij doet in ‘normaal’ en in ‘sport’!’.

Ik rij een poosje door, geconcentreerd, vooruitkijkend, spiegelend, en zie de strepen voorbij vliegen. Denk aan verkeersboetes en zak weer terug naar 100. Hij kan hard, dat is alles wat ik wilde weten. De zon breekt er spontaan van door.

Op een parkeerplaats wisselen we van stoel. Mijn man rijdt via de provinciale het buitengebied in. Hij haalt wat manoeuvres uit met het stuur, om te kijken of de auto uit wil breken. Ik giechel. Hij trekt op, remt hard, probeert een ander standje. ‘Rijdt wel lekker!’, zegt hij. ‘Ja hè!’, zeg ik. ‘Ik zou haast zeggen: pakt u hem zo maar in!’.

Mooi buiten
Ik kijk genietend uit het raampje. De zon hangt al wat lager, in herfststand. Rustig rijden we over kronkelende landweggetjes en dijkjes. Wat een mooie omgeving, wat een lekkere auto, wat leuk om dit samen te doen! We keuvelen wat, en brengen de auto terug.

De meesten van ons houden, net als ik, meer van gassen dan van remmen. Als je hard rijdt, zie je vooral de strepen en de weg. Je houdt scherp in de gaten wat er voor je gebeurt, je wilt niks missen, bent alert. En het is leuk en het is lekker, gassen voelt fijner dan remmen. Vind ik ook. Maar het is niet zo relaxed.

Vol gas door het leven
We hebben volle levens: werk, familie, sport, sociaal doen. Er moet best veel, in weinig tijd. Vaak ontbreekt het aan tijd voor jezelf en voor elkaar. Dat wreekt zich na een poosje. Dan snap je elkaar ineens niet meer en krijg je ruzie om niks. Of dan ben je een keer een avond samen thuis en dan voelt het ongemakkelijk: wat hebben we elkaar nou eigenlijk nog te zeggen?

Vertragen
Ook in relaties zie je meer, als je een beetje vertraagt. Een gesprek voeren met je lief gaat beter, als je wat langzamer rijdt. Als je soms even lekker uit het raampje kunt kijken. Als je verder niet zo veel hoeft. En als je even stopt voor een kopje koffie, om te evalueren wat je ervan vindt.

Bij mij in de kamer is er plek om te kijken hoe het echt gaat, met jullie. Als je vertraagt, kun je zien hoe jullie op elkaar werken. Pas als je vertraagt, kun je voelen hoe je je diep van binnen voelt, en wat je dan eigenlijk nodig hebt van je lief. En de ander die meekijkt, ziet jou weer in een ander, helderder licht. Therapie is niet een lange rechte weg. Het is een beetje kronkelig en hobbelig, en als je langzaam genoeg gaat, kun je zien hoe mooi het buiten is. Kun je voelen hoe fijn het is om samen te zijn. Hoe sneller je leert vertragen, hoe beter. Bel me maar snel : )